top of page
Zoeken
  • ondersteboven

Leven met een dwarslaesie: “Ik kijk naar wat ik wél kan.”

Een portretinterview, gemaakt door Joël van Nieuwkoop en Pim de Visser


De 46-jarige Erwin Hout leeft al 27 jaar met een hoge dwarslaesie, nadat hij op jonge leeftijd in ondiep water duikt. Dit betekent dat hij volledig verlamd is en niets voelt vanaf zijn nek naar beneden. In dit interview vertelt hij over zijn leven en verbreekt hij het stereotype van iemand met een dwarslaesie.

Het is 9 juni 1993, de tentamenweek tijdens het tweede jaar van Erwins studie bedrijfskunde aan het Erasmus. Het is heerlijk zomerweer en in de middag zullen er wat vrienden langs komen, omdat Erwins broer zijn verjaardag viert. Voor het zover is, besluit Erwin nog snel even op de fiets te springen. Hij is lid van de jeugdvereniging van de kerk en moet nog wat nieuwsbrieven voor kerktelefoon luisteraars rondbrengen.

Onderweg naar huis fietst Erwin langs het surfmeer, daar ziet hij middelbare schoolvrienden zitten die hem uitnodigen om eventjes erbij te komen. Er hangt een gezellige sfeer en er wordt wat geklierd met water. Een vriendin gooit hem iets te nat naar zijn zin, waarna Erwin haar op zijn rug neemt; al lachend loopt hij richting het water. Maar dan brokkelt de waterkant af en Erwin verliest zijn evenwicht. Hij valt voorover en net voor hij het water raakt, besluit hij van de val een duik te maken. Het water is maar veertig centimeter diep en hij knalt met zijn hoofd tegen de bodem. Op dat moment hoort Erwin een diepe zoem en voelt hij alle kracht uit zijn lichaam oplossen in het water. Door zijn vrienden wordt hij uit het water getrokken en op de kant gelegd. Terwijl Erwins nek stabiel wordt gehouden worden zijn broer en moeder gewaarschuwd. Het moment dat Erwin op de kant ligt komt het besef dat hij niks meer kan bewegen en voelen.

In het ziekenhuis komen ze, na intensief onderzoek, erachter dat Erwin zijn vierde en vijfde nekwervel heeft gebroken. De dokter prikt Erwin op alle plekken van zijn lichaam, maar Erwin heeft nergens nog gevoel. Na een tijdje komt de dokter naar hem toe en vraagt “Erwin wat denk je dat je hebt?”, op dat moment denkt Erwin dat het nog goed komt en dat hij over een paar weekjes naar huis kan. Dat blijkt niet zo te zijn, want de dokter vertelt aan Erwin dat hij een hoge dwarslaesie heeft. Hij zal nooit meer zal kunnen lopen. Op dat moment, waarin zijn leven ondersteboven gaat, ervaart hij juist de steun van God. Hij krijgt kracht uit psalm 23.

Als Erwin nu terugkijkt op het ongeluk kan hij zich niks verwijten. Hij kon niet weten dat het water zo ondiep was op die plek. Wat dat betreft heeft hij er dus rust mee.


Jeugd Erwin is in een warm, hervormd calvinistisch, nest van vijf kinderen en zijn ouders opgevoed. Zijn moeder was veel thuis en zijn vader had een drukke baan in het bedrijfsleven. “Het ging me voor de wind, ik had leuke vrienden en ook op school ging het goed. Na het afronden van het vwo ging ik bedrijfskunde studeren aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.” De toekomst zag er rooskleurig uit en Erwin had ook een duidelijk toekomstbeeld voor zich, waarbij zijn vader een voorbeeld voor hem was.


Revalidatie We nemen een sprong in de tijd. Na het ongeval en de ziekenhuisopname van 3 weken wordt Erwin overgebracht naar revalidatiecentrum de Hoogstraat in Utrecht. De eerste tien weken lag hij nog op bed door de nekbreuk die moest helen. “Mijn spieren en gewrichten werden door fysiotherapie soepel gehouden, zodat de spieren niet zouden vergroeien en alles stabiel bleef in het lichaam.”


Na weken krachtoefeningen in bed voelde de fysio dat één spiertje in zijn bovenarm bewoog. Dat was het eerste teken dat er spieren waren die Erwin nog kon bewegen en dit was een belangrijk moment voor het verloop van zijn revalidatie.

“Na maanden van therapie kon ik uiteindelijk mijn armen horizontaal bewegen, waardoor ik met mijn arm een elektrische rolstoel kon besturen.” Hij praatte veel met mensen en werd heel veel bezocht door vrienden en familie. “Deze revalidatieperiode is heel waardevol voor mij geweest en niet alleen op fysiek vlak. Die veertien maanden in De Hoogstraat werd ik voorbereid op mijn nieuwe leven met een dwarslaesie.”

Terug naar de samenleving

Na de revalidatie wilde Erwin terug naar de Erasmus Universiteit om zijn studie weer op te pakken. “Ik was eenentwintig jaar en veel mensen om me heen vond dit een slecht plan. Ze zagen een hoop beren op de weg; gelukkig vormden mijn ouders en broers en zussen hierop een uitzondering. Ik zelf trouwens ook. Ik keek juist naar wat er wél kan en ben weer begonnen, dit allemaal op aangepaste wijze. In het begin liep ik eigenlijk iets te hard van stapel. Overal waar ik kwam moest ik mijzelf voorbereiden, omdat de samenleving natuurlijk niet was aangepast op mijn nieuwe leven.”

In december van dat jaar werd het te veel voor Erwin. Met een dwarslaesie, een voltijd studie doen bleek – zo kort na de revalidatie - onmogelijk. “Ik besloot om van elk studiejaar de helft in een kalenderjaar af te ronden.” Mark, een goede vriend van Erwin haakte aan bij de studie bedrijfskunde en ze hebben samen de studie doorlopen. “De samenwerking was altijd prettig, omdat ik altijd iemand had waar ik op kon bouwen.” Ze studeerden samen af in mei 2000.

Hierna wilde Erwin graag gaan werken bij het bedrijf BIS. Een bedrijf dat gespecialiseerd is in audiovisuele oplossingen. “Ik kende de oprichter via de kerk en heb gesolliciteerd. Na het sollicitatiegesprek werd ik na anderhalf uur al gebeld. Ik was aangenomen!” Hij begon als PR-Coördinator en werkte vierentwintig uur in de week. Hij werkte hard en goed. “In 2005 werd ik gepromoveerd tot marketingmanager en was ik dertig uur per de week op het kantoor te vinden. Drie jaar later kreeg ik er ook nog een directiefunctie bij”. Het werken zelf gaat Erwin prima af door alle technologieën die er tegenwoordig zijn. Typen doet hij bijvoorbeeld via een laser op zijn bril, waarmee hij lichtgevoelige karakters op een speciaal aangepast toetsenbord aanwijst.

“De mooiste vrouw van de wereld” In 2000 leert Erwin Marleen kennen. “Marleen is het mooiste wat me ooit is overkomen. Ze sloot zich aan bij de vriendengroep van onze kerk en blijkbaar vond ze mij een leuke man. Ik had in eerste instantie helemaal niet door dat ze iets in mij zag.” Na een poos gingen Erwin en Marleen samen afspreken en kregen ze een relatie. “Maar hoe meer we naar elkaar toegroeiden, hoe enger ik het vond. Ik zag dat Marleen zo veel potentie had en ik vond dat ik haar niet moest opzadelen met mijn handicap.” De toen nog prille relatie ging uit, maar ze kwamen uiteindelijk toch weer bij elkaar. “Na een poos kwam het besef dat de relatie verbreken het domste was wat ik had kunnen doen. We zijn opnieuw gestart en voor altijd bij elkaar gebleven. In 2003 trouwde het stel. In eerst instantie wilde Erwin geen vader worden. “Welk kind wil er nou een vader met een dwarslaesie? Een vader hoort met zijn kind te voetballen en in de boom te klimmen. Maar uiteindelijk kwam het besef dat ik mijn kinderen op emotioneel gebied ook veel kan leren, door bijvoorbeeld veel met ze te praten.” Marleen raakte op een natuurlijke manier zwanger en ze kregen een dochter Hannah, dat genade betekent. Later hebben Erwin en Marleen een tweeling gekregen, Loïs en Elisa.


Heden Erwin is sinds het oplopen van zijn dwarslaesie altijd afhankelijk van andere mensen. Daar heeft hij mee leren leven. “Collega’s helpen mij op het werk, de wijkzuster met douchen, mensen die me helpen met eten en drinken. Mijn vrouw en dochters zijn ook heel zorgzaam en ik heb een pool van twaalf chauffeurs die mee overal naartoe brengen.” Erwin is al die mensen ontzettend dankbaar. “Maar God ben ik het meest dankbaar. Zonder Zijn zegen zou ik niet de man zijn die ik nu ben. Alle eer naar boven.”




120 weergaven

Recente blogposts

Alles weergeven

Comentarios


bottom of page